Financiële verhouding en decentralisaties

Onder de noemer financiële verhouding en decentralisaties gaan wij apart in op ontwikkelingen op deze terreinen die niet meer vallen binnen de onzekerheidsmarges en risicobandbreedte van de reguliere bedrijfsvoering.

Omgevingswet
De invoering en de implementatie van de Omgevingswet betreft een omvangrijk en complex proces dat vele jaren in beslag zal nemen. De ontwikkelingsrichting van de regelgeving en het gedachtegoed zoals de Omgevingswet die voorstaat is helder. De wet vervangt circa 26 sectorale wetten en ongeveer 120 bestaande maatregelen van bestuur in de sfeer van wonen en bouwen. Doelstelling van deze wet is om het eenvoudiger te maken voor initiatiefnemers in ruimtelijke ontwikkelingen en tevens sneller en met minder kosten tot een vergunning te kunnen komen. Voor de interne organisatie betekent dit een omwenteling in de manier van werken. Er is een transitieteam ingericht om de implementatie van deze wet in de organisatie tot stand te brengen.

Sociaal domein
Met ingang van 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor veel nieuwe taken op de terreinen Zorg, Werk en Jeugd. Deze drie terreinen komen afzonderlijk aan de orde in Programma 1 Sociaal Domein, verreweg het grootste van de zes programma’s. Belangrijke onzekerheden naar de toekomst toe zijn de autonome groei van de zorgvraag in combinatie met achterblijvende nominale en reële compensatie via de macrobudgetten, alsmede mogelijk ingrepen van het Rijk op onderdelen waar sprake lijkt te zijn overschotten, zonder tegelijkertijd rekenschap te geven van tekorten op andere terreinen. Al met al is de ervaringstijd nog te kort om te kunnen spreken van een stabiele en uitgekristalliseerde situatie. Dat laatste geldt ook aan de inkomstenkant voor het functioneren van de verschillende nieuwe, objectieve verdeelmodellen. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de gevoeligheid voor herverdeeleffecten door schommelingen in verdeelmaatstaven, lokaal en landelijk.

Conclusie financiële verhouding en decentralisaties
Effecten vanuit de decentralisaties en de financiële verhouding op de gemeentelijke financiële huishouding vragen structurele inpassing binnen de meerjarenbegroting. Daarbij moet in aanmerking worden genomen, dat de gemeente geen invloed heeft op de inkomsten via het gemeentefonds en dat de invloed op de uitgavenkant beperkt wordt door open einde regelingen en wettelijke verplichtingen. Hetgeen overigens onverlet laat, dat de decentralisaties ook kansen bieden om voordelen te realiseren. Een stevige buffer is van belang om incidenteel tegenvallers op te vangen (risicobuffer), maar ook om noodzakelijke beleidsaanpassingen te implementeren inclusief eventuele flankerende maatregelen (faseringsbuffer).

Gelet op de in deze paragraaf geschetste ontwikkelingen met betrekking tot de financiële verhouding en de decentralisaties in relatie tot de omvang van de hiermee gemoeide budgetten wordt de bestaande risicobuffer van € 5 miljoen bovenop de minimumbuffer voor de normale bedrijfsvoering ongewijzigd gehandhaafd.